Wat hebben we gedaan?
8.1 Zorgen voor een geschikte woning voor iedereen | |
8.1.1 Wij actualiseren de woonvisies | 2023-2024 |
---|---|
Bij de actualisatie van onze woonvisies kijken we kritisch naar de bestaande beleidsregels: waar zitten belemmeringen en knelpunten. We zetten in op sneller en efficiënter werken. We nemen de woonbehoefte van specifieke doelgroepen zoals spoedzoekers, jongeren, CPO-initiatiefnemers, statushouders, 'reizigers', woon-zorgvragers en arbeidsmigranten mee. Ook nemen we de kwaliteit van de bestaande voorraad en verduurzaming mee. We stimuleren het toevoegen van meer levensloopbestendige woningen of het levensloopbestendig maken van de huidige voorraad, maar ook versnelde realisatie van flexwoningen nemen we hierin mee. |
Stand van zaken | 1e VGR | 2e VGR | Jaar stukken | |
Volgens plan | Volgens plan | Volgens plan | ||
Vorig jaar zomer zijn wij gestart met het vernieuwen van de Woonvisies binnen de gemeente Zevenaar. Dat moet uiteindelijk worden omgezet naar een Woonzorgvisie voor de komende 5 jaar. Daar is de raad over geïnformeerd middels in een raadinformatiebrief van 18 juli. | ||||
8.1.2 Wij zetten een doorstroommakelaar in | 2023-2026 | |||
---|---|---|---|---|
Een doorstroommakelaar adviseert inwoners (op eigen verzoek) over welke woonsituatie het beste bij hen past. We vragen hiervoor bij een provincie een bijdrage aan vanuit de Verhuiscoachregeling. |
Stand van zaken | 1e VGR | 2e VGR | Jaar stukken | |
Volgens plan | Niet volgens plan | Niet volgens plan | ||
In het collegeprogramma is vermeld dat er geëxperimenteerd zal worden met een doorstroommakelaar. Wij achten het juiste moment nog niet aangebroken om hiermee van start te gaan. Momenteel is het aanbod aan geschikte woningen voor de doelgroep nog te beperkt. We gaan in kaart brengen welke woningen geschikt (te maken) zijn voor de doelgroep en hoe we nieuwe woningen kunnen realiseren om doorstroming te bevorderen. Op deze wijze zijn we in staat om de "doorstroommakelaar" effectief in te zetten. De verwachting is dat wij begin 2025 een start met de doorstroommakelaar kunnen maken. | ||||
Voorstel raad | ||||
Wij stellen een nieuwe woonzorgvisie op, waarin dit onderwerp wordt opgenomen. | ||||
8.1.3 Wij maken jaarlijks prestatieafspraken met woningcorporaties | 2023-e.v. | |||
---|---|---|---|---|
In de prestatieafspraken met de woningcorporaties zetten we in op het toevoegen van sociale huurwoningen (30% van de toegevoegde woningvoorraad) en middeldure huurwoningen. Daarnaast zetten we in op verduurzaming bij bestaande woningen en bespreken we de rollen, taken en verantwoordelijkheden van de corporaties. |
Stand van zaken | 1e VGR | 2e VGR | Jaar stukken | |
Volgens plan | Volgens plan | Volgens plan | ||
De afspraken voor 2024 zijn in 2023 gemaakt. Wij hebben in 2023 uitvoerig besproken hoe het proces met betrekking tot het maken van de prestatieafspraken verbeterd kan worden. Op basis van de nieuwe woonzorgvisie gaan wij de afspraken op een andere manier invullen/opstellen. Meer resultaat gericht en voor meerdere jaren. Dit op verschillende gebieden, waaronder sociaal-maatschappelijke vraagstukken, de ontwikkeling van de woningvoorraad en verduurzamingsplannen. | ||||
8.1.4 Wij stellen een woningbouwplan voor een continue bouwstroom op en geven uitvoering aan dit plan | 2022-2026 | |||
---|---|---|---|---|
In dit plan staat aangegeven welke woningbouw (nieuwbouw) op welke locaties de komende jaren plaatsvindt. Dit plan is afgestemd op de woningbouwbehoefte. |
Stand van zaken | 1e VGR | 2e VGR | Jaar stukken | |
Volgens plan | Niet volgens plan | Volgens plan | ||
De ambitie voor de woningbouw is het toevoegen van 150 tot 200 woningen per jaar. In 2023 zijn er ca. 100 woningen toegevoegd aan de woningvoorraad. Voor de komende jaren zitten er echter voldoende woningen in het programma om de gemiddelde jaarproductie te kunnen bereiken. Dit neemt niet weg dat we te maken hebben met een aantal complicerende factoren op de woningmarkt. Naast de bekende problemen met betrekking tot hoge bouw- en materiaalkosten, gebrek aan personeel, beperking van de leencapaciteit van kopers en de beschikbaarheid van energie, ervaren wij de meeste last van de afhankelijkheid van externe partijen door het ontbreken van eigen grondposities. We hebben daarom gewerkt aan het voeren van een meer actief grondbeleid en hebben WVG gevestigd om meerdere locaties binnen onze gemeente. Dit om actief gronden voor toekomstige woningbouwontwikkelingen aan te kopen. Dit alles met als doel om meer regie te kunnen voeren op de woningbouwproductie. | ||||
8.2 Uitvoeren van de Omgevingswet en ruimtelijke projecten | ||||
8.2.1 Wij nemen deel aan de Groene Metropool Regio: opgave Groene Groeiregio | 2023-2025 | |||
---|---|---|---|---|
Regionale samenwerking is belangrijk om doelstellingen te behalen die wij niet op lokale schaal kunnen bereiken. In de regio geven we uitvoering aan twee speerpunten:
|
Stand van zaken | 1e VGR | 2e VGR | Jaar stukken | |
Volgens plan | Volgens plan | Volgens plan | ||
Onze regio kent een groot tekort aan woningen. Het doel van de opgave binnen de groene groeiregio is het terugbrengen van dit woningentekort. Doel is de komende jaren alle energie te richten op het bouwen van voldoende betaalbare woningen. Op een manier zodat een goede balans tussen stedelijke ontwikkeling en het buitengebied behouden blijft. De regionale agenda voor groene groeiregio bestaat uit twee speerpunten:
De raad is geïnformeerd over de vorderingen en resultaten in de Groene Metropool Regio, ingezoomd op Zevenaar, met een raadsinformatiebrief. | ||||
8.2.2 Wij geven uitvoering aan de Omgevingswet | 2022-2026 | |||
---|---|---|---|---|
Naar verwachting treedt op 1 januari 2023 de Omgevingswet in werking. Of dat ook de definitieve datum is, zal in oktober blijken. Belangrijk is namelijk dat de ICT-problemen verholpen zijn. De implementatie van de Omgevingswet heeft een structureel effect op de gemeente als organisatie (groeiende, krimpende en veranderende capaciteit, legesopbrengsten, vervallen taken en nieuwe taken). Daarbij biedt de stelselwijziging veel decentrale beleidsruimte (keuzevrijheid) die effect gaat hebben op de organisatie en de financiën. De VNG heeft in samenwerking met een aantal gemeenten het Structureel Effectenmodel Omgevingswet ontwikkeld. Aan de hand van dit model zijn de structurele effecten van de Omgevingswet in beeld gebracht. Omdat er nog inhoudelijke beleidskeuzes gemaakt moeten worden is uitgegaan van een aantal aannames over o.a. vroegtijdige participatie, overname van de zogenaamde bruidsschat en de opzet van de nieuwe omgevingsplannen (globaal of gedetailleerd). De beschikbaar gestelde budgetten voor de invoering van de Omgevingswet zijn deels nog beschikbaar voor de transitiefase, maar behoeven wellicht nog aanvulling. De Omgevingswet vereist het vaststellen van een omgevingsvisie en 1 omgevingsplan voor het gehele grondgebied van de gemeente. Bij het opstellen van de omgevingsvisie en het omgevingsplan onderzoeken we ook de mogelijkheden voor welstandsvrij bouwen en houden we de taakstelling van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit tegen het licht. Ook verkennen we of (gedeelten van) werklocaties te transformeren zijn naar woongebieden. |
Stand van zaken | 1e VGR | 2e VGR | Jaar stukken | |
Niet volgens plan | Volgens plan | Volgens plan | ||
De Omgevingswet is op 1 januari 2024 in werking getreden. De implementatie van de Omgevingswet heeft een structureel effect op de gemeente als organisatie (groeiende, krimpende en veranderende capaciteit, legesopbrengsten, vervallen taken en nieuwe taken). Daarbij biedt de stelselwijziging veel decentrale beleidsruimte (keuzevrijheid) die effect gaat hebben op de organisatie en de financiën. De VNG heeft in samenwerking met een aantal gemeenten het Structureel Effectenmodel Omgevingswet ontwikkeld. Aan de hand van dit model zijn de structurele effecten van de Omgevingswet in beeld gebracht. Omdat er nog inhoudelijke beleidskeuzes gemaakt moeten worden is uitgegaan van een aantal aannames over o.a. vroegtijdige participatie, overname van de zogenaamde bruidsschat en de opzet van de nieuwe omgevingsplannen (globaal of gedetailleerd). De beschikbaar gestelde budgetten voor de invoering van de Omgevingswet zijn deels nog beschikbaar voor de transitiefase, maar behoeven wellicht nog aanvulling. Hier komen wij in 2024 bij u op terug. De Omgevingswet vereist het vaststellen van een omgevingsvisie en één omgevingsplan voor het gehele grondgebied van de gemeente. Met de Omgevingsvisie is een aanvang gemaakt. Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet vormen alle fysieke regelingen (o.a. de vastgestelde bestemmingsplannen en verordeningen) het tijdelijk omgevingsplan. | ||||
8.2.3 Wij intensiveren participatie bij ruimtelijke plannen en wonen | 2022-2026 | |||
---|---|---|---|---|
Inwoners betrekken we meer en op het juiste moment bij de ruimtelijke ordening en wonen o.a. bij gebiedsgericht werken, omgevingsvisie en bouwplannen. Dit sluit aan op het nog op te stellen gemeentebrede participatiebeleid. Voor het toetsen van initiatieven werken wij met de omgevingstafel. Een omgevingstafel is een overlegstructuur waarbij een initiatief voor een ruimtelijk project vanuit verschillende invalshoeken (o.a. ruimtelijk, wonen, natuur, milieu, fysieke en sociale leefomgeving) wordt bekeken en beoordeeld. Deze is nog zeer intern gericht, maar gaan we uitbreiden en meer naar buiten richten. |
Stand van zaken | 1e VGR | 2e VGR | Jaar stukken | |
Volgens plan | Volgens plan | Volgens plan | ||
Woningbouwplannen Locaties voor reizigers (woonwagens). Integraal gebiedsgericht werken | ||||
8.2.4 Wij werken samen met partners aan de realisering van het Rivierklimaatpark | 2022-e.v. | |||
---|---|---|---|---|
Op basis van de samenwerkingsovereenkomst die in oktober 2020 gesloten is met de gemeenten Arnhem, Duiven, Rheden, Westervoort, het waterschap Rijn en IJssel, de provincie Gelderland, de staat der Nederlanden en Natuurmonumenten nemen we in 2022 een besluit over toezegging van financiën voor de uitvoering van maatregelen in het Rivierklimaatpark. Van de gemeente Zevenaar wordt een bijdrage verwacht voor
|
Stand van zaken | 1e VGR | 2e VGR | Jaar stukken |
---|---|---|---|
Volgens plan | Volgens plan | Volgens plan | |
In 2023 is opdracht verleend aan IJsselpoortpartners, een samenwerking tussen verschillende ingenieursbureaus, om te komen tot de uitwerking van de voorkeursvariant. Afgelopen jaar is een systeemanalyse uitgevoerd en is ook gewerkt aan het ruimtelijk perspectief. Beide dienen als basis voor het verdere ontwerp van de voorkeursvariant om te komen tot een definitief ontwerp. Daarnaast is afgelopen jaar het participatieplan opgesteld voor verdere concretisering van de procedure en de participatie. |
Verbonden partijen
Verplichte beleidsindicatoren (BBV)
Beleidsindicatoren | ||||||||
Naam | Jaar meting | Gelderland | Zevenaar | Begroting 2023 | Realisatie | Verschil |
---|
Demografische druk (%)
2023 | 74,00 | 79,60 | 80,10 | 79,60 | 0,50 | |||
Toelichting | Het aantal personen van 0 tot 20 jaar én 65 jaar of ouder per honderd personen van 20 tot 65 jaar ligt in gemeente Zevenaar t.o.v. provincie Gelderland procentueel 5,6% hoger in 2023. |
Gemeentelijke woonlasten eenpersoonshuishouden (€)
2023 | 876,00 | 812,00 | 722,00 | 812,00 | 90,00 | |||
Toelichting | Deze indicator betreft het gemiddelde totaalbedrag in euro’s per jaar dat een éénpersoonshuishouden betaalt aan woonlasten (OZB + afvalstoffenheffing + rioolheffing). Het is een zo goed mogelijke inschatting op een bepaald moment. Hierdoor kan de uitkomst (licht) afwijken van andere publicaties. Voor afval en riool zijn we kostendekkendheid en voor de OZB hanteren we de inflatiecorrectie. |
Gemeentelijke woonlasten meerpersoonshuishouden (€)
2023 | 938,00 | 913,00 | 829,00 | 913,00 | 84,00 | |||
Toelichting | De indicator heeft betrekking op het gemiddelde totaalbedrag in euro’s per jaar dat een meerpersoonshuishouden betaalt aan woonlasten (OZB + afvalstoffenheffing + rioolheffing). Het is een zo goed mogelijke inschatting op een bepaald moment. Hierdoor kan de uitkomst (licht) afwijken van andere publicaties. Voor afvalbeheer en rioolbeheer zijn we kostendekkendheid en voor de OZB hanteren we de inflatiecorrectie. |
Gemiddelde WOZ-waarde (per € 1.000)
2023 | 365,00 | 303,00 | 298,00 | 303,00 | 5,00 | |||
Toelichting | Deze beleidsindicator is een zo goed mogelijke inschatting op een bepaald moment. De waarde kan daardoor licht afwijken van andere publicaties. |
Nieuw gebouwde woningen (aantal per 1.000 woningen)
2022 | 8,40 | 5,90 | 7,50 | |||||
Toelichting | De ambitie voor de woningbouw is het toevoegen van 150 tot 200 woningen per jaar. In 2023 zijn er ca. 100 woningen toegevoegd aan de woningvoorraad. Voor de komende jaren zitten er echter voldoende woningen in het programma om de gemiddelde jaarproductie te kunnen bereiken. Dit neemt niet weg dat we te maken hebben met een aantal complicerende factoren op de woningmarkt. Naast de bekende problemen met betrekking tot hoge bouw- en materiaalkosten, gebrek aan personeel, beperking van de leencapaciteit van kopers en de beschikbaarheid van energie, ervaren wij de meeste last van de afhankelijkheid van externe partijen door het ontbreken van eigen grondposities. We hebben daarom gewerkt aan het voeren van een meer actief grondbeleid en hebben WVG gevestigd om meerdere locaties binnen onze gemeente. Dit om actief gronden voor toekomstige woningbouwontwikkelingen aan te kopen. Dit alles met als doel om meer regie te kunnen voeren op de woningbouwproductie. |